Herinneringen aan Hoogkerk

Herinneringen aan Hoogkerk
Geschreven door G.J. Snip, geboren 17-12-1932 te Hoogkerk.

Onderstaand volgt een beschrijving van een stukje van het leven van zijn grootouders Geert Jacobs Snip, geboren op 20-10-1870 te Enumatil en gehuwd met Froukje Boerema, geboren 12-06-1870 te Sebaldeburen, en verder de jonge levensjaren in Hoogkerk van de schrijver dezes.


Opa Snip

Mijn opa Geert werd reeds op 11 jarige leeftijd “de boer op” gestuurd door zijn vader Jacob die weduwnaar was en achterbleef met zijn kinderen Geert en Joukje die later met Willem Jongsma is getrouwd. Opa Geert heeft zich weten te bekwamen in de verzorging van paarden op de boerderij en later in de stalhouderij (doorrit). Hij reed o.m. visites met de dokter in de omgeving van Buitenpost.
In de avonduren liep hij school bij de hoofdmeester en heeft na twee jaar nog met sucses het diploma voor komies gehaald. Dit laatste en zijn jarenlange ervaring met paarden leverde hem de mooie baan van koetsier en huisknecht bij de Fraeylemaborg te Slochteren op, waar hij werkte vanaf ca. 1898 tot 1918.

Op 27 april 1918 verhuisde het gezin echter naar Adorp ten noorden van Groningen om in 1921 te verhuizen naar Hoogkerk.

Mijn opa werd de nieuwe koster van de Nederlands Hervormde kerk en zou een paar jaar later conciërge van het gemeentehuis worden onder de toenmalige burgemeester G. van Barneveld. Een kosters- of conciërgewoning was op dat moment niet beschikbaar. Opa en oma kregen als tijdelijk onderkomen het afgesloten koorgedeelte aan de achterzijde van de kerk. Meester Polée woonde toen nog in het oude schoolhuis links van de ingang naar de kerk.Na afbraak van dat huisje werd daar een winkelpand gebouwd (fam.Roorda).Mijn grootouders konden in die periode het woonhuis in het linker gedeelte van het gemeentehuis betrekken.Je had daar een mooi uitzicht op het Hoendiep met zijn oude draaibrug en de nog aanwezige Elmersmaborg.

Ik bewaar goede herinneringen aan de tijd die ik regelmatig bij opa en oma doorbracht. Het eerste zelfstandige bezoek was toen ik een jaar of drie was (dit is mij later verteld). Ik was ontsnapt uit ons huis annex tabakswinkel op de Zuiderweg 58 en ging op weg naar opa en oma. Gelukkig zag de heer Roorda mij over de draaibrug scharrelen en haalde mij op en leverde mij af op de plaats van bestemming. Het water was in die tijd gevaarlijker dan het verkeer.

Mij opa noemde ik ‘Opa Bin Bam’ vanwege de welluidende klok van de Nederlands Hervormde kerk, die hij bij begrafenissen en kerkdiensten op zondag moest luiden. Soms hing hij mij in de uitzwaaiende klokkentouwen; ik ging dan op en neer als een jojo. Er was een fraai plantsoen achter de kerk, waar toen nog geen verenigingsgebouw stond, dit was voor mij de favoriete speelplaats. Er liepen kippen vrij rond en opa reed rondjes met mij in zijn kruiwagen. Het loon van een koster en conciërge was weliswaar een zekerheid, vooral in de crisisjaren, maar geen vetpot.Vandaar dat opa in die tijd een aantal bijbaantjes had : voorganger van de begrafenisvereniging, hooibroeicontroleur, onderhoud van grafzerken en tuinen. De man was altijd bezig. Ook was hij een geboren verteller zoals vele opa’s en oma’s van de generatie uit de negentiende eeuw toen er nog geen moderne communicatiemiddelen waren. Daarom zijn er gelukkig vele herinneringen bewaard gebleven.


Herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog

Van de Tweede Wereldoorlog die in de vroege morgen van 10 mei 1940 ook in Nederland werkelijkheid werd, herinner ik mij nog het een en ander. Aan de Zuiderweg een aantal door het Nederlandse leger gevorderde vrachtauto’s, die Nederlandse soldaten richting Afsluitdijk moesten vervoeren. De grote boom voor ons huis werd toen behoorlijk beschadigd en dat was jaren later nog te zien. De colonne had nauwelijks de provincie Friesland bereikt toen het Duitse leger Groningen al naderde en spoedig daarna Hoogkerk binnenreed met veel modern oorlogsmateriaal maar ook met veel paarden.De hoge brug over het Aduarderdiep (ter plekke van de huidige Tichelwerkbrug) werd opgeblazen, met gedeeltelijk succes. Het gaf een enorme dreun. Het belemmerde de Duitse opmars echter niet.

Voor ons als schooljeugd was dit alles nog spannend. Dat werd een paar jaar later wel anders toen wij vrij regelmatig ,s nachts door onze ouders uit bed werden gehaald vanwege de overtrekkende bommenwerpers op weg naar Duitsland. Op deze bommenwerpers werd intensief door de vele Duitse afweerkanonnen rond Groningen geschoten.

Ook de jeugd kreeg door dat de Duitsers geen vrienden waren. Ik had eerst een vriendje in de buurt die lid was van de Hitlerjugend en één keer per week met zijn moeder naar Groningen ging voor een bijeenkomst van deze club. Ik kreeg op een keer slaande ruzie met hem omdat hij steeds de Duitsers de hemel in prees en ik dat toen ook deed, maar dan in tegengestelde richting was onze vriendschap dan ook meteen afgelopen.

Met dank aan Geert.